Faith musings in an exciting world

Hoe kiezen de zombies?

05/11/2020 11:42

Deze blog is ook als vlog beschikbaar op de website van het Vlaams Bijbelgenootschap https://www.bijbelgenootschap.be/zombies/

U kent ze wel, die keurige en hardwerkende, soms saaie medeburgers, zoals de buurman, de pastor of de secretaresse die door een virus(!) plots veranderen in moordende wezens die jagen op andere keurige en hardwerkende medeburgers, ofwel om ze op te eten ofwel om ze ook in zombies te veranderen.

 

Mijn vraag is nu: hoe beslissen de zombies wie ze opeten en wie ze veranderen? En wat betekent het om mens te zijn, en niet bijvoorbeeld een zombie? De Bijbel zegt in Psalm 8, 5: “”Wat is dan de sterveling dat u aan hem denkt, het mensenkind dat u naar hem omziet?”

Eerste gebod

Toen Maarten Luther in 1529 de Kleine Catechismus publiceerde, deelde hij die in met Gebod-Geloof-Gebed. De Tien Geboden kwamen in het eerste hoofdstuk, daar waar we de genade en het geloof zouden verwachten. Maar Luther wilde duidelijk maken dat al onze problemen en zonden in relatie tot God voortvloeien uit dat de overtreding van dat eerste gebod: dat God ten allen tijde op de eerste plaats moet komen. We moeten God God laten zijn.

Oordeelt niet

Daaruit kunnen we afleiden dat mensen gemaakt zijn om in de eerste plaats mens te zijn, de mens heeft een plaats in het geheel. Criteria zoals afkomst, geaardheid, gender, denominatie, etniciteit, oogkleur, wipneus, schooldiploma: hadden we niet beslist dat dat geen criteria meer mochten zijn? “Oordeelt niet, opdat gij niet geoordeeld wordt”, zegt de Bijbel. Wie de Schriften liefheeft, leest ze, bestudeert en citeert ze, maar leven we er ook naar?

Zombiehypocrisie

Waarom valt de niet oordelen-regel ons zo moeilijk? Misschien kunnen we dat zombiehypocrisie noemen; veel mensen zwaaien met de goddelijke wetten, maar ze zelf toepassen, ho maar. “Ik doe enkel wat er in de Bijbel staat”, wordt soms als verdediging gezegd. O ja? Maar als wij gaan beslissen wie wel en niet deugt, is die beslissing louter gebaseerd op willekeur. Opeten of veranderen, het houdt geen steek, er zit geen enkele logica in, of toch niet de logica van de Bijbel: “Heb uw naaste lief als uzelf”.

Exclusieve club

Roddelen schijnt goed te zijn voor de sociale cohesie. Wij jagen op de slachtoffers van onze arrogantie, moraal, opinie of onze God. Als een kudde zombies die in het dagelijkse leven keurige, hardwerkende burgers zijn, maar die gegrepen door een virus plots meedogenloze, hersen-etende monstertjes worden. Maar hoe beslissen wij wie in onze exclusieve club wordt opgenomen? Hoe beslissen wij wie niet voldoet aan onze standaard, aan onze normen en waarden?

De oordelen die wij vellen doen afbreuk aan de menselijkheid van mensen in hun volledigheid. De mens is meer dan uiterlijke kenmerken. Roddelen ondermijnt de rechtmatige plaats die mensen als mens hebben, en die God als God heeft, zoals we hebben gezien in de Kleine Catechismus.

Varkenskoteletten

Een dooddoener die vaak als excuus wordt aangehaald om te kunnen oordelen is het goeie ouwe: “ik veroordeel de zonde, niet de zondaar”, of in het Engels: hate the sin, love the sinner. Maar bij de afbakening van een definitie van de zonde lopen de meningen ver uiteen. De Tien Geboden zijn nog duidelijk, maar het Bijbelboek Leviticus zorgt voor venijnigere debatten: holebi’s nee, maar varkenskoteletten met stoemp en fruits de mer stiekem wel. Maar wie beslist dat, en hoe?

Luther

Vanuit het theologische oogpunt van Martin Luther werkt de stelling hate the sin, love the sinner al helemaal niet. De lutherse antropologie werkt met het basisprincipe van simul justus et peccator, zoals we dat al in vorige blogs tegenkwamen. De mens is tegelijk rechtvaardige en zondaar, elk 100 procent en niet 50-50, zoals Christus zowel 100 procent goddelijk als menselijk is – een Chalcedonisch principe. Ieder van ons is in staat veel goeds te verwezenlijken en medeleven te tonen. Evenzeer kan ieder van ons foute, ja zelfs gruwelijke daden plegen. De mens is gerechtvaardigd door de genade, maar de goesting om te zondigen blijft. Voor onze rooms-katholieke vrienden is die goesting zelf geen zonde, voor Luther wel. Niemand kan zich beter voordoen dan hij of zij is, “allen hebben gezondigd en derven de heerlijkheid Gods”.

Holistische rechtvaardiging

Voor de wet is iedereen gelijk, zelfs al doen velen zich gelijker voor. Onze zombierechters zouden beter twee keer nadenken alvorens hun oordeel uit te spreken. Vanuit het lutherse principe wordt het opdelen van mensen in stukken die we aanvaarden en liefhebben en stukken die we verwerpen moeilijk, want de liefde die God ons op het kruis heeft getoond is onvoorwaardelijk en zijn rechtvaardiging is holistisch. Trouwens, als we de delen van het Lichaam opdelen, delen we dan ook niet het Lichaam op?

Dat toont dat het hate the sin, love the sinnernarratief niet houdbaar is, hoe goedbedoeld ook. De mens kan en mag niet worden onderverdeeld in het menszijn. Wanneer we dat voor ogen houden, ontdekken we tal van mogelijkheden hoe we als mens met elkaar kunnen omgaan, naar elkaar kijken en voor elkaar zorgen.

Moordenaar

Het is hoog tijd dat we gaan nadenken over, en werk maken van een juridische en criminele theologie. Een van de terreinen die aandacht verdienen is de reparitive justice, het zogenaamde herstelrecht, waarbij daders en slachtoffers of hun naasten tijdens het verwerkingsproces worden samengebracht.  In een documentaire over dat onderwerp vroeg de moeder van een slachtoffer zich openlijk af: “Is een moordenaar een moordenaar, of een mens die heeft gemoord?”. Kan een mens zijn of haar menselijkheid verliezen? Kan de goddelijke scheppingsorde in Genesis ongedaan worden gemaakt?

Warm bodies

In de Amerikaanse komedie Warm Bodies uit 2013 geraakt de tiener Julie bevriend met zombie R. Haar vriendschap en genegenheid maakt dat het hart van R. opnieuw begint te slaan en dat hij zijn menselijkheid traag maar zeker terugvindt. Die was altijd diep in hem blijven sluimeren, maar al wat nodig was om haar terug naar de oppervlakte te halen was onvoorwaardelijke liefde en steun. R. was nooit volledig zombie geweest, want een mens is en blijft toch altijd een mens. Gods scheppingswerk is te sterk en te goed om ongedaan te worden gemaakt, zelf al heeft iemand onmenselijke dingen gedaan en onnoemelijk veel leed berokkend.

Volwaardig mens

Ieder mens is volwaardig en ook wie zondigt heeft recht op aanvaarding. Dat is niet gemakkelijk om te accepteren, laat staan ernaar te handelen. Oordelen is zoveel makkelijker. Maar als mens zijn we geroepen om volledig mens te zijn en zelfs de zombies lief te hebben.